Spring naar bijdragen

Lex

Leden
  • Aantal bijdragen

    1195
  • Geregistreerd

  • Laatst bezocht

  • Gewonnen dagen

    1

Alles door Lex geplaatst

  1. Lex

    Garmin GPS met bluetooth?

    Ten eerste, er zijn geen Garmin GPS-toestellen die hun positie via bluetooth kunnen doorgeven. De 60-serie kan wel zijn positie via een seriële poort doorgeven. Aan het andere eind van de draad moet dan een computer met seriële poort zitten, met daarop een programma dat NMEA signalen kan verwerken. Ik heb echter begrepen dat dat dat die poort bij pocket-PC's een probleem is. Het schijnt ook nog via USB te kunnen, maar daar weet ik het fijne niet van.
  2. In mijn geval simpel mijn voornaam. Vroeger kon dat nog, zelfs als die maar drie letters telt. Ook op gc.com. Tegenwoordig is zo'n naam natuurlijk al vergeven. Toen ik twee jaar later op het, toen nog jonge, Notterforum begon was de naam al weg. Ik heb daar toen een paar ++ toegevoegd, en eigenlijk is dat wel makkelijk. Je pikt die naam er zo uit.
  3. Lex

    Projecteren; Hoe doe ik dat?

    Nog makkelijker is het waypoint verplaatsen (rechtsklikken, optie verplaatsen). Dit omdat het plaatsen van een waypoint op de cursorpositie een reeks toetsaanslagen vergt, die niet zo gemakkelijk te onthouden is als je het niet vaak doet. Als je het oorspronkelijke waypoint wilt behouden plaats je daar een tweede waypoint bovenop, en verplaatst dat.
  4. Je kunt je routes en waypoints ook in Google Earth zien. Het is wel zo dat dat makkelijker werkt als je MapSource hebt, dat je bij de Garmin kaarten krijgt.
  5. Lex

    Kreeft

    http://www.seamasters.be/prikbord/topic.asp?TOPIC_ID=58
  6. Lex

    GCYWM5

    Je had de variatie op 1° staan. Tegenwoordig is die in Nederland nog iets minder, maar als je 1° verkeerd peilt scheelt dat op een afstand van 500 meter 9 meter. Als je 30 meter verkeerd zit is dat dus voornamelijk aan andere fouten te wijten. Je toestel kent de variatie van de plaats waar je je bevindt. Als je het magnetisch noorden instelt zul je zien dat de variatie voor andere plaatsen op aarde heel verschillend kan zijn. Maar als je geen gebruik maakt van een magnetisch kompas kun je altijd beter het ware noorden gebruiken. Of soms het kaartnoorden, maar dat is weer een heel ander verhaal.
  7. Natuurlijk gaat Haak daar van uit. Je weet toch dat elke rechtgeaarde cacher in een tentje nabij de caches overnacht, En om niet op te vallen doet hij dat in een oud gammel tentje, dat dus veelal lekt als een mandje........
  8. Helemaal mee eens, met dien verstande dat het met toestellen die bedoeld zijn voor gebruik in de auto, zoals de TomTom of de Garmin Nüvi, erg behelpen is. Als je een toestel voor geocachen gaat aanschaffen zul je inderdaad niet snel op zo'n toestel uitkomen, maar het blijkt dat er mensen zijn die er dan meteen autonavigatie bij willen hebben, of er al zo een hebben. En die zouden teleurgesteld raken bij het geocachen.
  9. Als je de km niet kunt veranderen kun je het volgende proberen: Ga naar een waypointscherm. Klik kaart aan. Klik het waypoint aan. Vermoedelijk komt er nu MOVE bij te staan. Verplaats het waypoint; afstand en richting zullen worden aangegeven. Hopelijk is de afstand nu wel in meters. N.B. Het waypoint is nu verplaatst. Als je dat niet wilt maak je eerst een nieuw waypoint bovenop het eerste, en verplaatst dat nieuwe.
  10. Ga naar de gebruikerslijst. Onderaan kun je het begin van de naam invoeren, zodat je slechts een beperkt aantal namen krijgt voorgeschoteld. Sorry, dit geldt voor het forum, jij bedoelt kennelijk .com.
  11. Lex

    TOMTOM en coordinaten

    De (') is geen komma, maar een minutenteken. (") staat voor seconden, en (°) voor graden. 360° in een cirkel. 1°=60' 1'=60"
  12. Lex

    Global War(n/m)ing

    Ook als al het zeeijs smelt heb je nog geen mm verhoging van het zeewaterpeil. Je kunt natuurlijk wel stellen dat als het zeeijs smelt het landijs ook wel zal smelten, maar het smelten van het zeeijs illustreren met een plaatje dat aangeeft wat er gebeurt bij 5 m stijging is wel erg kort door de bocht. In het betreffende artikel klaagt iemand dat wetenschappers hem niet willen steunen in zijn stelling dat het peil in honderd jaar 1 m zou kunnen stijgen. Je kunt net zo goed een plaatje neerzetten met de gevolgen van 100 m stijging.
  13. Nee, niet alle satellieten zijn geostationair. Communicatiesatellieten wel, want dan kunnen de schotelantennes op aarde vast gemonteerd worden. Maar GPS-satellieten kunnen niet geostationair zijn, want dan zouden ze alle boven de evenaar hangen, en dus in niet over de hemel verdeeld zijn. Essentieel is juist dat zij in sterk verschillende richtingen staan. Als zij alle met de waarnemer in ongeveer hetzelfde vlak liggen is alleen in dat vlak een plaatsbepaling mogelijk, niet loodrecht erop. En dat willen we nu juist wel. De WAAS/EGNOS-satellieten zenden alleen correcties uit (geen plaatsbepalingssignalen), zijn dus gewone communucatiezenders en zijn voor het gemak (en de kosten) opgenomen in een communicatiesatelliet. Zo heb je er minder nodig, want zij horen bij een bepaald gebied en verdwijnen niet uit het zicht.
  14. 1000 km is ook niet zo erg ver. Als je een goed hemelzicht hebt kun je vast ook satellieten ontvangen die op de oude plaats ook te ontvangen zijn. En als dat er drie zijn kan je nieuwe positie worden bepaald, en daarmee gaat hij naar de juiste satellieten zoeken.Als je pech hebt en er niet drie satellieten gemeenschappelijk zijn gaat het feest niet door. Tenzij je een moderne ontvanger met heel veel correlatoren hebt, zoals de SiRF-III. Die probeert voor hij een fix heeft gewoon alle satellieten, want je zou je weleens verplaatst kunnen hebben nietwaar? Zelfs als je je naar de andere kant van de wereld hebt verplaatst heeft die binnen een minuut een fix, gewoon door hem aan te zetten. Dat kun je proberen door het toestel binnenshuis wijs te maken dat je in Nieuw-Zeeland bent, en het dan uit te zetten en buiten weer aan. Modernere ontvangers geven je de gelegenheid je nieuwe positie op de kaart aan te wijzen.
  15. Dopplereffect. Hoewel de eigen snelheid, en zelfs die van de satellieten (ca. 13.000 km/h ) zeer gering is t.o.v. de signaalsnelheid (300.000 km/s ), dus maar 1/80.000ste, is het toch van belang. Als de eigen reeks 1 pulsbreedte verschoven is, is er geen correlatie meer. 1 pulsbreedte = 1 microseconde, en in die tijd legt het signaal 300 m af. Nu is de bereikte preciesie veel beter dan die 300 m. Men ziet kans beide reeksen tot op 1 à 2 % van de pulsbreedte synchroon te krijgen (3 à 6 m). Daarbij wordt van het dopplereffect gebruik gemaakt, en wel door ook een zelfopgewekte draaggolf te vergelijken met de ontvangen draaggolffrequentie. De draaggolf heeft een frequentie van 1575,42 MHz. Als je de eigen draaggolf mooi synchroon krijgt met die van de satelliet, heb je door de 1500 x hogere frequentie dus een veel hogere preciesie voor de dopplerverschuiving. Die kan gebruikt worden bij het instellen van de snelheid van de eigen codereeks. De uit de codereeks verkregen dopplerverschuiving werd gebruikt als beginwaarde bij de draaggolfsynchronisatie, en daaruit komt hij met veel hogere nauwkeurigheid weer terug. Nu het dopplereffect zo nauwkeurig bekend is, is het mogelijk ook binnen de pulsbreedte te schuiven en daarvoor de juiste waarde te vinden.
  16. Oef, Wikipedia heeft inderdaad geen term correlator. Wel correlatie. Een correlator zoekt of er overeenkomst is tussen twee verschijnselen, in dit geval de reeks nullen en enen die de satelliet uitzendt en de reeks die de ontvanger zelf maakt. Dat gaat als volgt: de pulsjes zijn ongeveer 1 microseconde lang. Elke microseconde kijkt hij of er een 0 of 1 ontvangen wordt, en ook of de eigen reeks 0 of 1 is. Is het gelijk, dan wordt een teller met 1 verhoogd, is het ongelijk dan wordt hij met 1 verlaagd. Als de reeksen niet precies kloppen is de overeenkomst willekeurig, en zal het ongeveer even vaak wel als niet kloppen. De teller blijft dus ongeveer 0 aangeven. Als het precies klopt loopt de tellerstand elke seconde met 1.000.000 op. Als de ontvangst slecht is zal het signaal vaak verstoord zijn. D.w.z. dat een 1 wordt ontvangen als er eigenlijk een 0 moest worden ontvangen, en omgekeerd. Als het signaal zo verstoord is dat het ontvangen signaal 9 van de 10 keer niet ontvangen wordt, d.w.z. dat het ontvangen signaal willekeurig is, loopt de teller toch nog met 100.000 per seconde op. Dit wordt aangegeven met een laag balkje. Er is dus één ontvangen signaal, dat uit de radio-ontvanger komt. Maar er zijn heel veel correlatoren, die dat ontvangen signaal vergelijken met eigen reeksen. De tijdverschuiving van de eigen reeks is een maat voor de looptijd van het signaal. Als dat een langere looptijd heeft moet het eigen signaal immers verschoven worden om het geheel te laten kloppen.
  17. GPS werkt anders dan het ontvangen van een muziekzender. Doordat het signaal heel veel zwakker is verdrinkt het in de ruis. Om de looptijd van de signalen te ontvangen zendt elke satelliet een reeks pulsen uit (reeksduur 1 ms). De ontvanger kent die reeks en maakt hem ook. De ontvanger probeert beide reeksen samen te laten vallen, en constateert m.b.v. correlatoren of dat zo is. Hierbij zijn er ontzettend veel mogelijkheden die uitgeprobeerd moeten worden. Niet alleen heeft elke satelliet zijn eigen reeks, ook moet hij in de tijd verschoven worden om samen te vallen. Bovendien moet de snelheid gevariëerd worden wegens klokonnauwkeurigheid en dopplereffect.Pas als alles klopt is er een lock. En dat heet zo omdat hij, als hij eenmaal gevonden is, eenvoudig is vast te houden. De charme is dat het detecteren met correlatoren gebeurt. Er mogen dus best wat pulsen verkeerd ontvangen worden, als het merendeel maar klopt. Het aantal dat klopt wordt geteld, en wordt aangegeven met de lengte van de balkjes. Doordat het toch om het vissen van een pulsreeks uit de ruis gaat storen de diverse satellieten elkaar nauwelijks. Ze zenden dan ook allemaal op dezelfde frequentie uit; er is dus ook maar 1 radio-ontvanger, en onderscheiden door afstemming is er niet bij. Als plaats en tijd bekend zijn kan in de almanak worden opgezocht welke satellieten te ontvangen zijn, en hoe groot de naderingssnelheid is. Dat beperkt het aantal uit te proberen mogelijkheden sterk. Zelfs wordt de temperatuur van het kwartskristal gemeten, zodat een correctie kan worden toegepast om de snelheid van de eigen reeks zo goed mogelijk te maken. De almanak veroudert echter in een paar maanden, zodat deze reductie niet kan worden toegepast. Dat verklaart de extra lange duur bij inschakelen na een paar maanden rust. Als er eenmaal een lock is treedt de volgende fase in werking. Het signaal is gemoduleerd met een blokpatroon van 50 Hz. Dit bevat informatie. Elke halve minuut worden de almanakgegevens van 1 andere satelliet uitgezonden, en ook de nauwkeurige baangegevens en klokafwijking van de eigen satelliet. Als er eenmaal een lock is op 1 satelliet is een volgende zo makkelijker te vinden. Dit breidt als een olievlek uit, want de hele almanak duurt 12,5 minuut, maar de gegevens worden door de verschillende satellieten verschoven uitgezonden, zodat het sneller gaat als je meerdere satellieten ontvangt. Als een bepaalde satelliet wordt ontvangen duurt het nog een halve minuut tot de nauwkeurige gegevens van die satelliet binnen zijn, en dan wordt het balkje zwart. Als de ontvangst even onderbroken wordt mislukt het en krijg je een halve minuut later een nieuwe kans. Daarom is het beter in deze fase even stil te staan. De nauwkeurige gegevens zijn de satellietpositie tot op de meter nauwkeurig, en de klokafwijking. Deze zijn nodig voor de navigatie. Als je voldoende zwarte balkjes hebt is er een fix, wordt de positie aangegeven en ook de klok gelijkgezet. De nauwkeurige baangegevens blijven ongeveer een half uur geldig. Als je het toestel binnen deze tijd weer aanzet zijn de gegevens al bekend en worden de balkjes zodra er een lock is meteen zwart. Dit heet warme start. Bij moderne toestellen heb je dan binnen een seconde een fix. Een koude start heb je na meer dan een half uur, maar minder dan een maand; dat is de bovenbeschreven situatie. Heb je geen geldige almanak meer, of is je positie onbekend, dan moeten aanvankelijk alle mogelijke combinaties systematisch worden onderzocht. De kans een passende reeks te vinden is dan erg klein, en het kan lang duren tot de eerste lock er is. Maar vanaf dat moment gaat het beter, en als er eenmaal drie zwarte balkjes zijn is de rest zo gepiept. N.B. Als je het toestel verplaatst hebt, maar dat niet aangeeft, blijft het toestel naar onzichtbare satellieten zoeken en krijg je nooit een lock. Het aantal kanalen is alleen van belang als je eenmaal een lock hebt. Elk kanaal volgt een bepaalde satelliet permanent, en daardoor gaat de lock niet verloren, ook niet bij snelheids- en richtingsveranderingen. Vroeger, toen de ontvangers maar 1 of enkele kanalen hadden, gebeurde het seriëel, en kon de lock verloren gaan terwijl een andere satelliet werd beluisterd.Voor de aquisitie is het aantal correlatoren van belang, want dan kun je veel verschillende combinaties tegelijkertijd uitproberen. De SiRF-III heeft er wel 200.000.
  18. Lex

    Munitiekistje

    punten neukers moet zijn puntenneukers
  19. 1) TracBacken kan (tegenwoordig) ook in de voorwaartse richting, en ook over een gedeelte van het traject. 2) Iemand zal inderdaad de track gemaakt moeten hebben. 3) Het gaat net zo goed in de stad als in het buitenterrein, mits de ontvangst voldoende is natuurlijk. Als er een track is heb je ook in de stad geen kaart als ondergrond nodig; je volgt immers de track. 4) Wel kun je in de stad de route gemakkelijker op papier aangeven: "sla na huisnummer 45 linkaf de Gortstraat in, en ga dan naar nummer 12 (rechts)". Een te volgen track biedt dan geen echt voordeel. 5) Directe routes kun je in het toestel nog veranderen, en geven ook wat meer informatie (nog af te leggen afstand, ook tot de tussenpunten). Tracks zijn wat gedetailleerder, zij hebben meer punten. Maar beide zijn opgebouwd uit een verzameling punten die door rechte lijnen verbonden zijn.
  20. Ik denk dat Virage1959 dit niet bedoelt. Bolletje- Pijltje is een wat vage aanduiding omdat je dat systeem niet precies zo zult aantreffen. Geopatra geeft een systeem aan dat in de wandeling A -> B navigeren wordt genoemd. Het toestel rekent een route uit naar het doel, en hoe de route loopt valt buiten de invloed van de gebruiker. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een wegenkaart. Virage wil echter een track volgen. Dat kun je uiteraard doen door op het kaartscherm te kijken, en zo de track te volgen. Garmin kent als aanvulling de TracBack-functie. Dit werkt zonder wegenkaart, alleen met de track. Hier wijst een pijl steeds naar het eerstvolgende trackpunt, en vanaf 10 seconden voordat je het punt bereikt wijst hij in de richting van dat punt naar het volgende. Zo wordt al voor de kruisingen aangegeven welke kant je opmoet. Als extra krijg je een speciale waarschuwing als de track een flinke knik maakt. Dit komt m.i. het dichtste bij het bolletje-pijltje-systeem. In principe zou het natuurlijk ook op een PDA kunnen, maar ik ken niet zo'n programma, wat overigens helemaal niet wil zeggen dat het niet bestaat.
  21. Lex

    Nature-proof WP's gevraagd

    Scorpios, willen jullie het a.u.b. forum netjes houden en het niet vervuilen met dit soort abjecte zaken?
  22. GE kan niet weergeven in graden - decimaal verdeelde minuten (hdddmm.mmm), het bij geocaching gebruikte systeem. Het datum is altijd, net als bij geocachen, WGS84. Je zult je toestel moeten aanpassen aan wat GE wel kan weergeven, hddd.ddddd of hdddmmss.s Je kunt trouwens wel invoeren in hddmm.mmm Daarvoor hoef je niets in te stellen. Gewoon in groepjes intikken, eerst N, dan E, met spaties als scheidingsteken. Geef voor de zekerheid een decimale punt in de kleinste eenheid, ook als er alleen nullen achter staan. Dus 52 23.0 4 40.256 N 52 23.0 E 4 40.256 mag ook. Alternatieven zijn 51.87638 5.34567 en 52 43 54.2 6 2 15.0 (hddd.ddddd en hdddmmss.s) Als je MapSource hebt is het trouwens erg eenvoudig. Stuur de waypoints daarheen, en klik beeld/weergeven in Google Earth. Dit opent dan vanzelf met de waypoints in beeld, je hoeft niets in te typen, en je ook niet druk te maken over notaties.
  23. Lex

    Delete waypoint in GPS

    Aha, dat is de oudere methode, zelfde symbolen als gekozen WP wissen. Bij de nieuwere methode krijg je op de bovenste regel wis alles. En daaronder voor elk symbool dat op dit moment bij waypoints voorkomt een regel met het betreffende symbool + de naam van het symbool. Je hoeft zo niet in een lange lijst naar een WP met het juiste symbool te zoeken, dat werkt makkelijker.
  24. Eigenlijk is een PDA niet robuust genoeg. Maar ja, het moet door leken gebruikt worden zonder dat een instructie nodig is. Dus moet de informatie vanzelf komen als je een bepaalde plaats bereikt. En dan kom je niet onder een PDA uit. En die PDA moet je weer voorzien van een GPS-muis. Die dan weer een goed hemelzicht moet hebben. Het is inderdaad wat gecompliceerd allemaal Wellicht zou een betere oplossing zijn een eTrex H (vanwege de ontvangst), met daarin een directe route. Als die piept moet je in een tekstboekje kijken bij het punt met hetzelfde nummer als het WP. Minder gelikt, maar wel zo effectief. Alleen zal het voordeel t.o.v. alleen een tekstboekje niet zo erg groot zijn. In de stad kun je een route immers heel makkelijk beschrijven: ga bij nummer 87 linksaf de Herderstraat in, waar je bij nummer 12 deze tekst moet lezen. Bij een wandeling in de natuur, waar je moeilijker de te volgen route kunt beschrijven, zijn de voordelen groter. Dan is het leuk als je niet via een paaltjesroute wordt gestuurd.
  25. Lex

    Delete waypoint in GPS

    Welke methode is het nu, kiezen uit symbolen, of zelfde symbool als gekozen WP? Ik heb geprobeerd het in de handleiding op te zoeken, maar kon niets vinden. Daarom heb ik de methoden maar opgeschreven. De handleidingen zijn soms toch wel echt te beperkt!
×
×
  • Nieuwe aanmaken...